Vraag mensen wat ze doen en je krijgt vooral enthousiasme terug - de meeste mensen leggen graag uit wat ze doen, hoe ze erin terechtkwamen, wat ze nog ambiëren. Maar vraag mensen hoe het op hun werk gaat en het is gelijk een pak minder. Het is er te druk, de baas is een ambetanterik, er is te veel bureaucratie, er zijn te veel urgenties - zoveel zelfs, dat er geen tijd meer overblijft om het werk te doen - het échte werk, waarover ze enthousiast zijn.
Burn-outs gaan niet over werkuren.
Er zijn almaar meer burn-outs, maar we werken alsmaar minder uren. Zelfs de hardst werkende Belgen - dat zijn de mannen tussen 25 en 39 - kloppen gemiddeld maar 35 uur en 35 minuten per week, zo bleek uit het jongste tijdsbestedingsonderzoek van Ignace Glorieux. Niet de uren geven de doorslag, het is de aanhoudende druk die mensen nekt. De professoren die ik terloops vroeg hoeveel uren ze werkten, kwamen allemaal vrolijk aan zestig of zeventig uur per week, zonder dat ze de burn-out voelden dreigen. Aan het andere eind van het spectrum belde ik met een man die wel in een burn-out gesukkeld was - uitgerekend nadat hij van de privé overstapte naar de overheid. Het lag hem niet, 'dat ambtenarengedoe', hij kreeg last van zijn rug, belandde in een burn-out en werd ontslagen zodra hij weer aan het werk kon.
De vraag is niet meer: ons werk of ons leven. Ons werk is (ook) ons leven. Ons werk is van ons. En als het niet meer zo voelt, gaat het mis. Zeven tips om de controle te houden.
1 Minder mailen
Met stip op nummer één als de dagelijkse frustratie bij kenniswerkers: de mailbox. Niemand weet precies hoeveel uur we er per dag aan spenderen, maar dat het er te veel zijn, staat als een paal boven water. Op zich is het een wonderlijk middel - zoveel efficiënter dan een brief. Maar waarom zijn we gaan geloven dat we onze job pas naar behoren doen als we onze mailbox op elk moment in de gaten houden? De stressexperte, de productiviteitscoach, de internationale sales manager met het goede humeur: allemaal zijn ze afgekickt. Ze openen hun mailbox alleen nog op momenten die ze met zichzelf hebben afgesproken, en al helemaal niet als ze zich moeten concentreren.
'Ik liet me de hele dag leiden en triggeren door mijn mails,' vertelde een topmanager die herstelde van een burn-out. 'Het is niet zo dat ik steken liet vallen op mijn werk, maar het voelde niet meer alsof ik het onder controle had. Nu schrijf ik 's morgens eerst op wat ik die dag wil realiseren, en 's avonds schrijf ik op wat ik gerealiseerd heb. Dat helpt. Ik ben niet meer de hele tijd aan het reageren, ik zit opnieuw aan het stuur.'
Wat op de werkvloer geldt, is a fortiori waar voor onze vrije tijd. 'Ik werkte geen krankzinnige uren, want ik deed er een zware triatlontraining bij', zegt de topmanager, 'maar ik dacht wel dat ik 's avonds mijn mails tot de laatste gezien moest hebben. Wel, dat is dus niet zo, zo dringend is het nooit. Ik heb echt moeten leren om gedisciplineerder met mijn smartphone om te gaan.'
En over discipline gesproken: hoe minder je zelf mailt, hoe minder mails je krijgt.
2 Minder vergaderen
En wat doen wij kenniswerkers als we niet zitten te mailen? Vergaderen! Volgens een Britse studie doen we het gemiddeld zestien uur per week, waarvan vier uur die als zinloos worden ervaren. Een Amerikaanse studie kwam aan 62 meetings per werknemer per maand. Eén ding is zeker: we draperen onze werkdag rond de meeting (staf, team, ad hoc, intern, extern, Skype of in levenden lijve).
Wat op zich geen drama zou zijn, als we ook hier enige discipline aan de dag zouden leggen. Weinig bedrijven en werknemers hebben een volwassen vergadercultuur. Volwassen als in: niet langer dan drie kwartier aan een stuk, nooit zonder vooraf rondgestuurde agenda, niet zonder aan het eind even te kijken wie wat doet, en dat dan op te volgen. Ook niet doen: de zogenaamde back-to-back-meetings, waarbij je van de ene in de andere vergadering valt, zodat voorbereiding en opvolging er sowieso bij inschieten, en je aan het eind van de ochtend geweldig dringend moet plassen.
Hier en daar staan verlichte geesten op die de vergaderitis indijken. Fernand Huts bijvoorbeeld, die onlangs uitlegde dat er in zijn bedrijf geen vergadering kan beginnen zonder dat iedereen genoteerd heeft wat ze gaat kosten (dS Weekblad 13 februari) .
3 Durf te klagen
Het is perfect mogelijk om je een carrière lang te verschuilen achter het Systeem, de slechte gewoontes van je baas, je collega's, de bedrijfscultuur. Of je kan de regie zelf in handen nemen. Voor de twee topmanagers die over hun burn-out vertelden, was dat het grote verschil voor en na: hoe je met de dingen - des werk en des leven - omgaat, welke accenten je legt en prioriteiten je stelt, het is je eigen verantwoordelijkheid, en die dien je zorgvuldig te koesteren. Een andere topman was zeker dat zijn training over hoe prioriteiten te stellen, hem had behoed voor de burn-out.
Dat is makkelijker gezegd dan gedaan, gaven ze ook toe. Het helpt al als je een zekere positie verworven hebt en krediet hebt opgebouwd. En het is makkelijker op het werk dan in het leven: dementerende schoonouders, zware gezondsheidsproblemen en vruchtbaarheidsperikelen laten moeilijker met zich omgaan dan een vergadercultuur of een dwingende mailbox.
Begin klein. Zeg nee tegen de vierde aansluitende vergadering van de dag. Zeg nee tegen een vergadering zonder duidelijke agenda. Vraag bij de volgende urgentie die je mailbox binnenvalt of dat echt niet te voorzien geweest was en hoe de volgende urgentie te vermijden is.
Bedenk ook: in wezen zijn alle werkenden gelijk. Je bent niet de enige die sukkelt. De kans dat je baas of collega blij is met wat je zegt, of minstens begrip heeft, is hoogst reëel. Dat ze het hadden moeten zien aankomen, zeiden de ex-burn-outers. Maar dat ze geen klagers waren. De ene onderdrukte het gevoel dat hij er alleen voor stond, te ver van zijn buitenlandse collega's, en immer meer gebukt gaand onder promotie na promotie. De andere vond uiteindelijk, nadat hij op kantoor een zenuwinzinking had, alle begrip bij een verbaasde baas, die geen benul had dat het voor hem voelde alsof hij de controle kwijt was.
4 Minder managen
'Mijn mensen bellen nu zelf naar de technische dienst als er een probleem is. En ze doen klein onderhoudswerk tussendoor. Het was even wennen dat ze zelf oplossingen mochten voorstellen, maar ze zijn veel meer betrokken nu,' stelde teamleider Jimmy vast, enkele maanden nadat de evolutie naar meer zelfsturende teams was ingezet bij Janssen Pharmaceutica. Reden voor de hertekening? 'De kennis die bij de productiemedewerkers zit, werd bijlange niet benut', zegt Bart Van Waeyenberge, general manager van de productie. Grootste moeilijkheid? Dat de directie moest leren loslaten, vertrouwen op de mensen. Grootste effect? Dat ze elkaar beter begrijpen.
Soms is het simpel: laat het los. Of totale zelfsturing de oplossing voor alles is, is voer voor discussie, maar dat de wildgroei aan managers en andere controlesystemen contraproductief is, is voor het gros van de arbeidsspecialisten een feit. Bovendien zijn veel bazen nog uit het oude hout gesneden: te vaak zijn het doorgepromoveerde specialisten - uitstekend in hun vak, maar daarom nog niet beslagen in de menskunde. Ze kunnen wel vakjes aanvinken op het jaarlijkse evaluatieformulier (de koning van de nutteloze controlesystemen), maar hebben geen benul hoe ze hun medewerkers kunnen helpen om de beste versie van zichzelf te worden. Te veel mensen lopen rond met het gevoel dat de beste versie van hun werkende zelf ergens bedolven ligt onder de bureaucratie. En nee, dat is niet alleen bij de overheid zo. Ook aan universiteiten en zelfs in bedrijven.
5 Meer buiten spelen
Het lijkt volstrekt logisch om je leven rond je professionele verplichtingen te schikken. Zo zijn we ook opgevoed: eerst het werk en dan het spel. Toch is dat niet per se wat blije mensen doen. En ook niet wat de ex-burn-outers, de stressexpert en de productiviteitscoach doen. 'Ik wist niet eens dat ik andere rollen dan mijn professionele rol had. Mijn leven is er zowel privé als professioneel op vooruitgegaan', zegt de ene, die voor zijn herstel veel heeft gehad aan het boek The 5 choices. 'Mijn vrouw is heel blij met mijn nieuwe ik, nu ik geleerd heb om de zaken in handen te houden en open te staan voor signalen dat het niet goed zit,' zegt de andere. En nog een derde geeft aan dat het zingen bij een musicalgezelschap hem mee door zijn burn-out geholpen heeft, samen met zijn dagelijkse wandeling.
En de stressexperte zelf? Die werkt veel en hard, en heel geregeld werkt ze niet. 'Ik stop elke dag om vijf uur, en houd drie avonden per week volledig vrij', zegt stressexperte en gezondheidspyschologe Elke Van Hoof (VUB). 'Ik heb twee kinderen, die moeten mij regelmatig kunnen zien. Ik speel ook met hen - ik ga mee zitten kleuren, en ik hang mee in de bomen. Dat is goed voor de hersenen - bewegen, nieuwe dingen proberen.' Bewegen bewegen bewegen: het is Van Hoofs dwingende advies. Liefst elke dag, dat gooit de stress van je hersenen. 'Inplannen en geen compromissen sluiten.'
Ook op het werk is het van het grootste belang dat je af en toe op de pauzeknop drukt. En bij voorkeur af en toe tegelijk met je collega's. Dat de koffiepauze gesneuveld is in de vaart der volkeren, heeft onze creativiteit en productiviteit geen goed gedaan.
6 Meer werken
Maar dan écht werken. Niet je druk doende houden met de '70 procent urgenties en irrelevanties' waaruit onze werkdag volgens de productiviteitscoaches van Franklin Covey bestaat. Focus op de dingen die belangrijk zijn en niet dringend - en dus typisch het soort dingen waar een normaal mens amper aan toekomt.
7 Pas op de plaats maken
'Mijn burn-out was als een pauzeknop', zegt de manager die intussen weer volop aan de slag is, zij het met een extra pakket vakantiedagen, zodat hij 95 procent werkt. Hij heeft geleerd van zelf af en toe die pauzeknop in te duwen, zoals hij geleerd heeft om zijn angst niet weg te duwen, 'het is nu angst voor de angst. Het is een waarschuwingssignaal.'
Je hoeft natuurlijk niet te wachten tot een hogere macht die pauzeknop induwt. 'Bij het wisselen van de seizoenen zou je even pas op de plaats moeten maken, naar je leven kijken en je afvragen: is dit het leven wat ik wil?,' raadt Elke Van Hoof aan.
Het is de nieuwe mantra van deze tijd: neem je loopbaan (en je leven) in handen. Die roep zal alleen maar dwingender worden naarmate we langer en langer zullen blijven werken. Kleine kanttekening: 'Dat is leuk voor hoogopgeleide mensen met veel skills', zegt arbeidssocioloog Christophe Vanroelen van de VUB, 'maar de politiek mag de zorg voor de loopbaan niet volledig bij het individu leggen. Je moet daar goede systemen voor bedenken. Geef bedrijven bijvoorbeeld de kans om mensen op een flexibele manier uit te sturen. In elk geval: vermijd dat kwetsbare groepen, zoals laaggeschoolden en ouderen, uit de boot vallen. België doet het nu niet zo slecht, nog geen 10 procent van de Belgische jobs is precair. Dat hebben we te danken aan exact dat waarover de veranderingsgoeroes klagen: een behoudsgezinde arbeidsmarkt. Als je de onderkant van de arbeidsmarkt van flexjob naar flexjob gaat jagen, krijg je Duitse toestanden. Willen we dat? We zijn niet allemaal topsporters.'
Dat zelfs de topsporters van de arbeidsmarkt onderuitgaan, zegt veel. 'Vroeger waren de mensen met een burn-out voor de arbeidsmarkt wat de kanariepieten in de mijn waren - de kleinere, de zwakkere die waarschuwde voor wat iedereen te wachten stond', zegt mindfulnessexpert en psychiater Edel Maex. 'Nu ligt ook de toplaag in de lappenmand. Het systeem is op ramkoers met zichzelf.'
De cijfers liegen er niet om: het Riziv noteerde voor de eerste helft van 2015 al 7.835 gevallen, dat is al een kleine 800 meer dan in heel 2014 (en dat zijn dan alleen nog maar de langdurige afwezigheden). De piek is allicht nog niet in zicht. Maar er zijn voorzichtige tekenen dat de redelijkheid en de menselijkheid aan terrein winnen op de werkvloer. Er is de wetgeving rond de psychosociale risico's, die maakt dat bedrijven de ogen niet meer kunnen dichtknijpen voor de stressepidemie. Bedrijven gaan meer voor hun mensen zorgen - met gezond eten, bewegingsprogramma's, mindfulness, yoga. Managers worden omgeturnd tot coaches.
Het nieuwe buzzwoord in de HR is 'jobcrafting': werknemers modelleren hun eigen job. Volgens recent onderzoek krijgt de helft van de werknemers daar in meer of mindere mate de kans toe - ook al een teken dat er een besef groeit dat mensen op hun best zijn als ze doen wat ze goed kunnen en wat ze graag doen. Je kan dat cynisch bekijken, als een manier om iedereen nog harder te doen werken (uit zichzelf! Hoe slim is dat?). Of je kan het zien als het potentiële begin van een kentering. Die in een stroomversnelling kan komen als meer en meer (top)mensen tegen hun pauzeknop aanlopen. Op die manier zullen we misschien ooit met tedere gevoelens terugkijken op de burn-outepidemie, zoals de topmanager die zei: 'Ik ben best gelukkig met mijn burn-out. Het was griezelig dat het gebeurde, maar ik ben blij dat het gebeurd is'.
Bron: De Standaard 2 April
2
apr
Reacties
Login of registreer u om te reageren op dit artikel.